Harry van Goor 2017
source:  Wikipedia, the free encyclopedia
Taxonomische indeling
Rijk:
Stam:
Embryophyta
Klasse:
Spermatopsida
Orde:
?
Familie:
Nymphaeaceae
Geslacht:
Nymphaea
Latijnse naam:
De witte waterlelie (Nymphaea alba) is een algemeen voorkomende waterplant met drijvende bladeren. De witte waterlelie groeit in stilstaand en
zwak stromend water met een diepte van maximaal 1,5 m. Tegen watervervuiling is de plant redelijk goed bestand.
De bladeren zijn min of meer rond en drijven op het wateroppervlak. Ze hebben een hartvormige voet. De bladsteel is rond en heeft grote
luchtkanalen die lucht naar de wortelstok geleiden.
Witte waterlelies hebben geurige, witte bloemen met een doorsnede van 10-20 cm die op het wateroppervlak drijven. De alleenstaande bloemen
staan alleen op cilindrische bloemstelen. Er zijn twintig tot vijfentwintig puntige kroonbladeren en vier kelkbladeren. De zittende stempels vormen
een oranjegele knop met acht tot vierentwintig stempelstralen.
De vrucht, die onder water rijpt, heeft meestal de vorm van een fles, maar is soms bolvormig. De zaden worden
door het water verspreid.
De plant houdt van zon en bloeit meestal in de maanden juni tot augustus.
Herkenning
Plantae
Categorie: Waterlelie
Naam:
Witte waterlelie
(Waterleliefamilie)
(Landplanten)
(Zaadplanten)
(Planten)
Taxonomische indeling
Rijk:
Stam:
Embryophyta
Klasse:
Spermatopsida
Orde:
Familie:
Nymphaeaceae
Geslacht:
Nuphar
Latijnse naam:
De gele plomp (Nuphar lutea) is een algemeen voorkomende overblijvende waterplant met drijvende bladeren uit de waterleliefamilie
(Nymphaeaceae).
De gele plomp is een plant die zich met zijn dikke en vertakte wortelstok en via zaad verbreidt. De bladeren die onder water blijven zijn
doorschijnend lichtgroen en gegolfd. De drijfbladen zijn donkergroen. De stomp driekantige steel bevat nauwe luchtkanalen, waardoor zuurstof
via huidmondjes op de drijvende bladeren naar de wortels wordt geleid. ook de bloemsteel heeft dergelijke kanaaltjes. Sommige larven van
insecten maken onder water van de luchtkanalen gebruik om te ademen. De soort groeit in tot drie meter diep water en draagt bij aan de
hoeveelheid zuurstof in het water. Soms is de groei zo weelderig dat hele wateroppervlakken bedekt worden door de grote bladeren.
De plant voelt zich thuis in stilstaand tot matig stromend tamelijk voedselrijk water. Ze komt voor in bijna heel Europa en de aangrenzende delen
van Azië en Noord Afrika. In Nederland en Vlaanderen komt de plant vrij algemeen voor in laagveenplassen, brede sloten, grachten,
doorbraakkolken, niet meer gebruikte kanalen en in langzaam stromende beken en rivieren.
De tweeslachtige 3 - 6 cm grote gele bloem komt gelijktijdig met de drijfbladen boven water. De bloem drijft niet op het water maar steekt
erbovenuit. Ze heeft vijf of zes kelkbladen, die elkaar overlappen. 
Ze vormen een kom om de rest van de bloem. De vele kroonbladen zijn spatelvormig en kleiner dan de kelkbladen. Bestuiving vindt plaats door
insecten. Er zijn veel meeldraden, deze weerkaatsen behalve geel ook ultraviolet licht, waardoor ze goed vindbaar zijn voor bijen. Veel insecten
komen ook op de geurige nectar af.
Herkenning
Plantae
Naam:
Gele plomp
(Waterleliefamilie)
(Landplanten)
(Zaadplanten)
(Planten)